DE EERSTE STAP

“Wij erkenden dat wij machteloos stonden tegenover de alcohol – dat ons leven stuurloos was geworden.”

Wie geeft er graag zijn totale nederlaag toe? Praktisch niemand, uiteraard. Ieder natuurlijk instinct verzet zich tegen het idee van persoonlijke machteloosheid. Het is echt vreselijk te moeten toegeven dat we – het glas binnen handbereik – onze geesten misvormd hebben en dat we zodanig in de ban raakten van een destructieve drankzucht dat alleen een daad van de Voorzienigheid deze van ons weg kan nemen.

Geen enkel ander bankroet is hiermee te vergelijken. Alcohol wordt nu de schraperige schuldeiser, die al ons zelfvertrouwen en elke wil om zijn eisen te weerstaan, opslorpt. Als dit harde feit eenmaal is aanvaard, is het bankroet van ons menselijk bestaan compleet.

Als we echter bij AA komen, krijgen we al gauw een heel andere kijk op deze absolute vernedering. We merken dat we alleen door een totale nederlaag in staat zijn onze Eerste Stappen te zetten naar bevrijding en kracht. De aanvaarding van onze persoonlijke machteloosheid wordt uiteindelijk de basis waarop we een nieuw, gelukkig en zinvol leven kunnen bouwen. We weten dat er weinig terecht komt van een alcoholist die zich bij AA aansluit, als hij niet eerst zijn verwoestende zwakheid en alle gevolgen ervan heeft aanvaard. Zolang hij zichzelf niet nederig maakt, zal zijn nuchterheid – als die al bestond – zeer onzeker zijn. Het ware geluk zal hij nooit vinden. Dit is een van de feiten uit het bestaan van AA die boven alle twijfel verheven zijn, omdat ze op een rijke ervaring steunen. Het principe dat we geen blijvende kracht zullen vinden voordat we onze volledige nederlaag hebben toegegeven, vormt de voornaamste wortel waaruit onze hele gemeenschap is ontsproten en voortbloeit.

Toen we voor het eerst werden uitgedaagd om onze nederlaag te erkennen, kwamen de meesten van ons in opstand. Wij hadden AA benaderd in de verwachting op onszelf te leren vertrouwen. Toen kregen we te horen dat, wat alcohol betreft, zelfvertrouwen uit den boze was; feitelijk een waar blok aan het been. Onze sponsors vertelden dat we het slachtoffer waren van een dwangvoorstelling, die zo indringend was dat geen enkele menselijke wilskracht deze kon doorbreken. Zonder steun, zo zeiden ze, bestond er niet zoiets als een persoonlijke overwinning op deze dwang. Onze sponsors tekenden haarscherp ons dilemma door ons ongenadig te wijzen op onze gevoeligheid voor alcohol die in de loop der tijd toegenomen was: een allergie noemden ze het. De dwingeland alcohol zwaaide een tweesnijdend zwaard boven ons: aan de ene kant werden wij getroffen door een waanzinnige drang om te drinken, en aan de andere kant door een overgevoeligheid van ons lichaam die ons uiteindelijk tot zelfvernietiging zou brengen. Op deze wijze aangevallen, zouden slechts enkelen er in slagen op eigen kracht de strijd te winnen. Het was een statistisch feit dat alcoholisten bijna nooit herstelden op eigen kracht. En dit is kennelijk zo geweest vanaf het moment dat de mens voor het eerst druiven perste.

In de beginperiode van AA konden slechts de meest hopeloze gevallen deze onverteerbare waarheid slikken. Zelfs deze ‘laatste-snik-gevallen’ hadden vaak moeite zich te realiseren hoe hopeloos ze er eigenlijk aan toe waren. Slechts enkelen zagen dit in, en wanneer zij, met alle kracht waarmee een drenkeling een reddingsboei grijpt, zich aan de AA-principes vastklampten, ging het vrijwel zeker goed met hen. Daarom ging de eerste uitgave van het boek Alcoholics Anonymous, gepubliceerd toen ons ledental (nog) klein was, alleen over de ergste gevallen. Vele minder wanhopige probeerden AA, maar mislukten omdat ze het hopeloze van hun toestand niet konden toegeven.

Het geeft een geweldige voldoening vast te kunnen stellen dat dit in de jaren daarna veranderde. Alcoholisten die hun gezondheid, hun gezin, en hun werk nog steeds bezaten, en in welstand leefden, werden zich bewust van hun alcoholisme. Toen deze trend toenam, sloten ook jongeren zich aan, die nauwelijks meer dan potentiële alcoholisten waren. Hen werden die laatste tien of vijftien, letterlijk helse, jaren bespaard die de rest van ons had doorgemaakt. Hoe konden mensen als zij deze Eerste Stap zetten, die immers van ons vereist toe te geven dat ons leven stuurloos was geworden? Het was toch een duidelijke zaak dat zij net zo diep zouden moeten zinken als wij om de Stap te laten aanslaan.

Door in ons drankverleden te duiken, konden we aantonen dat ons drinken, jaren voordat we ons realiseerden dat we de controle verloren hadden, al niet louter een gewoonte was, maar in feite het begin van een fataal voortschrijdend proces. Tegen de twijfelaars konden we zeggen: “Misschien ben je wel helemaal geen alcoholist. Waarom probeer je niet wat gematigder te drinken, terwijl je ondertussen in gedachte houdt wat we je over alcoholisme hebben verteld?” Deze houding leverde directe en praktische resultaten op. We ontdekten toen dat, wanneer de ene alcoholist de ware aard van zijn kwaal tot de andere kon laten doordringen, die persoon nooit meer dezelfde zou zijn. Na elk drinkgelag zou hij zich afvragen: “Misschien hadden die AA’ers toch wel gelijk……” Na een paar van zulke ervaringen, vaak jaren voor de allerergste moeilijkheden zouden beginnen, zou hij overtuigd naar ons terugkeren. Hij was feitelijk net zo diepgezonken als wij. De drank zelf was onze beste advocaat geworden.

Waarom beklemtonen wij zo dat elke AA’er eerst in de put moet zitten? Het antwoord is, dat de meeste mensen het AA-programma pas echt in de praktijk proberen te brengen als ze in de put zitten. Want de elf resterende Stappen van de AA in de praktijk brengen, betekent het aannemen van een denkwijze en gedragslijn, waarvan vrijwel geen alcoholist die nog drinkt ook maar zou kunnen dromen. Wie wenst strikt oprecht en verdraagzaam te zijn? Wie wenst zijn fouten te bekennen en de aangerichte schade te herstellen? Wie trekt er zich iets aan van een Hogere Macht, laat staan van gebed en meditatie? Wie wil er tijd en energie opofferen om de boodschap van AA door te geven aan een volgende alcoholist? Nee, de gemiddelde alcoholist, egocentrisch tot en met, bedankt voor dit vooruitzicht, tenzij hij deze dingen moet doen om zelf in leven te blijven.

Door de gesel van het alcoholisme worden we naar AA gedreven en daar ontdekken we de noodlottige aard van onze toestand. Pas dan, en dan alleen, kunnen we genoeg open staan en zijn we bereid om te luisteren zoals alleen stervenden dat kunnen. We zijn bereid om alles te doen wat de meedogenloze dwanggedachte van ons wegneemt.


Uit de ‘Twaalf Stappen en Twaalf Tradities’, ISBN 90-800365-2-8. Niets uit deze tekst mag worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming vooraf van AA Nederland. Copyright © 1996 Stichting Publiciteit AA Nederland. Deze uitgave is online te bestellen.